Gezond barbecueën

Barbecueën heeft misschien niet het meest gezonde imago, maar dat is eigenlijk onterecht. Want er komt vrijwel geen boter, vet of olie aan te pas. En als je kiest voor de meer magere vleessoorten, zoals bijvoorbeeld kipfilet, biefstuk of entrecote, dan is het helemaal prima. Het zijn vaak de saus en broodjes die het barbecueën wat minder gezond maken. Maar het is wel lekker en met mate kan er een heleboel! Wij maken zoveel zo mogelijk sauzen zelf, zo weet je precies wat erin zit en kunnen wij de lekkerste smaak garanderen.

Wil je toch iets anders? Beleg je stokbrood dan eens met een lekkere humus, pesto of zelfgemaakte salsa. Makkelijk zelf te maken en ook heel lekker! En natuurlijk mag een frisse salade bij de barbecue niet ontbreken.

Hoeveel vlees heb je eigenlijk nodig?
Wij adviseren om voor een gemiddelde eter, zo’n 400 gram vlees te rekenen bij een barbecue. Dat komt neer op zo’n 4 à 5 soorten vlees. Maar komen er voornamelijk mannen… dan is het raadzaam om iets meer vlees in te kopen. Met zo’n 600 gram per man vermaken ze zich wel! Goed om vooraf dus even te checken hoeveel grote vleeseters er komen.

De beste barbecuetips

Wil jij net zo barbecueën als wij? Met een goede voorbereiding – én de nodige oefening – moet dat zeker lukken. We hebben de volgende tips voor je:
 

  1. Plaats de barbecue op een stevige, onbrandbare ondergrond.
  2. Steek de barbecue tenminste 1 uur van tevoren aan.
  3. Ga als volgt te werk: leg een bergje houtskool in de barbecue. En plaats daar aanmaakblokjes tussen. Steek de aanmaakblokjes aan. Op het moment dat de houtskool goed gloeit, kunnen de kolen over de barbecue verspreid worden. Raadpleeg ook de aanwijzingen op de verpakking van de barbecue / houtskool / aanmaakblokjes.
  4. Zijn de vlammen gedoofd? En zijn de houtskool of briketten grijs van kleur? Dan heeft de barbecue de juiste hitte bereikt om het vlees mooi te grillen.
  5. Voeg wel tijdig nieuwe kolen toe. Dan hoef je de barbecue niet opnieuw aan te steken.
  6. Gebruik een tang, dus geen vork, om het vlees op het rooster te leggen. En om het te keren. Zo blijven de vleessappen bewaard in het vlees.
  7. Dep gemarineerd vlees – voordat je het roostert – goed droog met keukenpapier.
  8. Strooi van tevoren nooit zout op het vlees. Dan verschijnt er vocht, dat het bruin worden bemoeilijkt.
  9. Geef het vlees de tijd om bruin te worden. Teveel om en om draaien is niet goed.
  10. Door het vlees op het rooster regelmatig met olie te bestrijken, blijft het sappiger.
  11. Trek vlees dat aan het rooster kleeft niet los. Laat het even liggen, het laat vanzelf los. Is het gerecht toch aangebrand? Snijd de verbrande randjes eraf.
  12. Gebruik je een houtskoolbarbecue? Dan moet vlees, dat de meeste hitte nodig heeft, als eerste worden geroosterd.
  13. Bij een barbecue met een verstelbaar rooster kun je de temperatuur regelen door het rooster hoger of lager te plaatsen.
  14. Werk je met een elektrische barbecue? Leg het snoer stevig vast op de grond. En pas op met regen.
  15. Voor de gasbarbecue geldt dat de gasfles rechtop naast de barbecue moet worden geplaatst.

 

E. Tebak, keurslager

Parkstraat 12b
5671GG Nuenen
0402842311

Openingstijden

maandag 08:30 - 18:00
dinsdag 08:30 - 18:00
woensdag 08:30 - 18:00
donderdag 08:30 - 18:00
vrijdag 08:30 - 20:00
zaterdag 08:00 - 17:00
zondag Gesloten